6.2 De uitwerking van de Honswijkerwaard
In het voorkeursalternatief zijn voor de Honswijkerwaard twee oplossingsrichtingen opgenomen; buitendijkse versterking door middel van een voorlandverbetering, of binnendijkse versterking door middel van een constructie nabij de teen van de huidige kering. De keuze welke oplossingsrichting gerealiseerd gaat worden, hangt samen met de kansrijkheid van de herinrichting in de Honswijkerwaard. De Honswijkerwaard is een uiterwaard waar ambities en kansen van diverse partijen samenkomen.
In het kader van de doelstellingen voor verbetering van de oppervlaktewaterkwaliteit (Kader Richtlijn Water) ziet Rijkswaterstaat kansen om in de Honswijkerwaard natte zones te creëren waarmee leefgebied ontstaat voor de vissoort Winde. Deze soort gedijt goed in ondiep, stilstaand en zacht stromend water. Door de laagtes in het gebied verder te accentueren, het huidige polderpeil los te laten en via de Honswijkerplas een verbinding te maken tussen rivier en Honswijkerwaard, worden de abiotische randvoorwaarden gecreëerd voor de Winde om zich te vestigen. Het loslaten van het polderpeil in de huidige Honswijkerwaard betekent dat de huidige bemaling kan worden gestopt. Verkend wordt of de natuurlijke herinrichting van de Honswijkerwaard kan worden gecombineerd met een verbetering van de recreatieve mogelijkheden (denk aan struinpaden). Fort Honswijk en de Honswijkerplas zouden hierdoor voor wandelaars door de uiterwaard met elkaar verbonden kunnen worden.
Voor de dijkversterking biedt de herinrichting de mogelijkheid om de negatieve gevolgen van een voorlandverbetering, zoals verstoring van huidige natuurwaarden, te compenseren met de realisatie van nieuwe natuur. Een voorlandverbetering van deze omvang is zonder maatschappelijke meerwaarde vrijwel nooit kansrijk; aanleg- en beheerskosten, ruimtelijke impact en de directe gevolgen van aanleg zoals uitstoot en omgevingshinder wegen niet op tegen de impact van een verticale oplossing. Juist door de voorlandverbetering te combineren met natuurontwikkeling en bijdragen te bieden aan KRW-doelen, is een andere afweging mogelijk.
Voor HDSR is het van belang dat de voorlandverbetering op de juiste wijze wordt opgenomen in het integrale inrichtingsplan van de uiterwaard en dat dit aantoonbaar voldoet aan de veiligheidsopgave. De planning voor realisatie moet parallel lopen aan die van de dijkversterking, zodat de waterveiligheid geborgd is en blijft bij afronding van het dijkversterkingsproject Culemborgse Veer - Beatrixsluis. Het programmateam KRW-Oost van Rijkswaterstaat is trekker van de ontwikkeling van de Honswijkerwaard. Voor de planvorming zullen daarom afspraken gemaakt worden in de samenwerkingsovereenkomst tussen de betrokken partijen. Besluitvorming over de doorgang van de herinrichting Honswijkerwaard vindt plaats in het eerste half jaar van 2021. Als, om welke reden dan ook, de herinrichting niet kan doorgaan of HDSR geen mogelijkheid ziet de herinrichting te combineren met het realiseren van de dijkversterking, zullen we bij de Honswijkerwaard kiezen om binnendijks te versterken in de vorm van een constructie.