4.2.10 Cultuurhistorie en archeologie
Voor de effectbeoordeling van cultuurhistorie en archeologie in de verkenningsfase is onderscheid gemaakt in de volgende drie beoordelingscriteria:
-
Effect op (rijksmonumenten);
-
Effect op historische landschappelijke structuren;
-
Effect op archeologische waarden.
Effect op (rijks)monumenten
Omschrijving beoordelingsaspect
Onder dit criterium beoordelen we effecten op rijksmonumenten en gemeentelijke monumenten. Archeologische monumenten worden niet meegerekend: deze vallen onder het effect op archeologische waarden.
Beoordelingsmethodiek
Per alternatief is onderzocht in hoeverre de dijkversterking effect heeft op beschermde monumenten. Hieronder vallen rijksmonumenten en gemeentelijke monumenten. Als uitgangspunt is gehanteerd dat alle beschermde monumenten behouden moeten blijven. Per alternatief is in beeld gebracht hoeveel (rijks)monumenten binnen het ruimtebeslag van de te versterken dijk vallen. Onderscheid is gemaakt tussen het raken van monumenten en het aantasten van de belevingswaarde, wat bijvoorbeeld kan voorkomen als veranderingen van de vorm van de dijk vlakbij een monument plaatsvinden. De effecten zijn beoordeeld per alternatief en per dijkvak. Bij nadere uitwerking van de plannen dienen eventuele effecten zo veel mogelijk gemitigeerd te worden.
Informatie over de monumenten is lastig compleet en volledig te krijgen. Voor nu zijn de volgende aannames gedaan:
-
Bij kazemat Vreeswijk Oost gaan we ervan uit dat de oorspronkelijke locatie (nu in het Lekkanaal) geen Rijksmonument meer is en dat de nieuwe locatie in het weiland wel een Rijksmonument is;
-
Voor de gemeentelijke monumenten is de luchtfoto gebruikt om de omtrek van monumenten te bepalen;
-
De exacte locatie van gemeentelijke monumenten op percelen is geverifieerd bij de gemeenten Nieuwegein en Houten. In sommige gevallen bleek dat een inschrijving in het gemeentelijk monumentenregister bijvoorbeeld één gebouw betreft, waar op het perceel meerdere gebouwen aanwezig zijn. Hiervoor is geverifieerd bij de gemeenten welke gebouwen exact wel of geen monumentale status hebben.
-
Het schooltje van Honswijk (gebouw uit 1800 langs de dijk) is geen monument. Het wordt wel meegenomen als onderdeel van historisch ensemble waarin meerdere rijksmonumenten samenvallen.
De effectbeoordeling is uitgevoerd per dijkvak en voor de alternatieven als geheel op basis van een kwalitatieve analyse volgens de volgende beoordelingsschaal:
+ | Kans op versterken van de belevingswaarde van monumenten |
0 | Geen verandering van de belevingswaarde van monumenten, geen verandering t.o.v. de referentiesituatie. |
- | Kleine aantasting van de belevingswaarde van monumenten, dit gebeurt op een klein aantal plekken langs de dijk. |
-- | Aantasting van de belevingswaarde van monumenten (aanvulling bij beoordeling alternatief als geheel: dit gebeurt op meerdere plekken langs de dijk) |
--- | Grote aantasting van de belevingswaarde van monumenten (aanvulling bij beoordeling alternatief als geheel: dit gebeurt op meerdere plekken langs de dijk en de beleving van één of meerdere monumenten wordt ernstig aangetast). |
Beoordelingsmethode: deskundigenoordeel, kwalitatief | ||
Gebruikte informatie dijkontwerp: | Gebruikte overige informatie: | (Wettelijk) kader |
Ruimtebeslag dijkversterkingsmaatregelen | GIS-informatie van de locatie en omtrek van monumenten uit:
|
Effect op historische landschappelijke structuren en elementen
Omschrijving beoordelingsaspect
In de Omgevingswet (ingangsdatum 1 januari 2022) ligt een zorgvuldige omgang met het cultureel erfgoed in de fysieke omgeving vastgelegd. De bescherming van cultuurlandschappen valt hieronder.
Tot historische landschapsstructuren rekenen we:
-
Verkavelingspatronen;
-
Elementen die deel uit maken van de structuur van het oude dijklandschap waaronder wielen, voormalige doorbraaklocaties, kleiputten en locatie van voormalige dijkmagazijn;
-
Oudhoevig land;
-
Kleiputten;
-
Het boerderijenlint.
De Nieuwe Hollandse Waterlinie wordt in dit aspect niet meegenomen. Deze is apart beoordeeld onder de Nieuwe Hollandse Waterlinie.
Beoordelingsmethodiek
Bij de beoordeling wordt gekeken in hoeverre het ruimtebeslag van de dijkversterkingsmaatregelen de historische landschappelijke structuren en elementen raakt.
Voor het wel of niet raken van de wielen is de luchtfoto gebruikt om de omtrek van de wielen te bepalen. Tot oudhoevig land rekenen we alleen landbouwgronden die buitendijks zijn komen te liggen en waarbij zichtbaar is dat dit (voormalige) landbouwgronden zijn. In de data zoals weergegeven in de Nota van Uitgangspunten lag nog een klein gedeelte oudhoevig land binnendijks. Dit land is bij de beoordeling niet als oudhoevig land meegenomen.
De effectbeoordeling is uitgevoerd per dijkvak en voor de alternatieven als geheel op basis van een kwalitatieve analyse volgens de volgende beoordelingsschaal:
+ | (Delen van) historische landschapsstructuren en/of -elementen kunnen worden hersteld of versterkt met de dijkversterking; |
0 | Geen verandering van historische landschapsstructuren en/of -elementen ten opzichte van de referentiesituatie. |
- | Kleine aantasting van historische landschapsstructuren en/of -elementen. Dit geldt voor delen van de structuren of elementen. |
-- | Aantasting van historische landschapsstructuren en/of -elementen. Dit geldt voor structuren als geheel of meerdere elementen. |
--- | Grote aantasting van historische landschapsstructuren en/of -elementen. Dit geldt voor structuren als geheel of meerdere elementen. |
Beoordelingsmethode: deskundigenoordeel, kwalitatief | ||
Gebruikte informatie dijkontwerp: | Gebruikte overige informatie: | (Wettelijk) kader |
Ruimtebeslag dijkversterkingsmaatregelen | GIS-informatie over landschappelijke structuren en elementen uit:
| - Omgevingswet (per 1 jan 2022) - Wet Ruimtelijke Ordening (Wro) en Besluit Ruimtelijke Ordening - Ruimtelijk kwaliteitskader Dijkversterking Culemborgse Veer – Beatrixsluis, 2019 - CHAT (CultuurHistorische ATlas) |
Effect op archeologische waarden
Omschrijving beoordelingsaspect
Voor de effecten op archeologie is bekeken of de mogelijke ingrepen invloed hebben op de eventueel aanwezige archeologische waarden/monumenten en archeologische verwachtingswaarden.
Op hoofdlijnen gaat het om de volgende maatregelen met de volgende effecten op archeologische waarden (Zie HIA paragraaf 7.2.3)
-
Het aanbrengen van verankerd geotextiel, een taludverflauwing en een ophoging voor een berm hebben geen effect op mogelijke archeologische waarden;
-
Het aanbrengen van een ondergrondse constructie heeft een beperkt oppervlak en daarmee ook een beperkte impact op mogelijke archeologische waarden;
-
Bij een asverlegging of een voorlandverbetering gaat het om grotere oppervlakten en is de kans groter dat archeologische waarden worden geschaad.
Beoordelingsmethodiek
De effectbeoordeling is uitgevoerd per dijkvak en voor de alternatieven als geheel op basis van een kwalitatieve analyse volgens de volgende beoordelingsschaal:
+ | n.v.t. |
0 | Geen effect op archeologische waarden |
- | Kans op kleine aantasting archeologische waarden |
-- | Kans op aantasting van archeologische waarden |
--- | Grote kans op sterke aantasting van archeologische waarden |
Beoordelingsmethode: deskundigenoordeel, deels kwantitatief | ||
Gebruikte informatie dijkontwerp: | Gebruikte overige informatie: | (Wettelijk) kader |
Ruimtebeslag dijkversterkingsmaatregelen | GIS-informatie over de locatie van archeologische monumenten en over archeologische verwachtingen:
|
|